Chris Canter Visscher bemoeide zich weinig met anderen. De gepensioneerde bouwkundig tekenaar van de genie woonde in de Hessensporen, een door flora vrijwel aan het zicht onttrokken villa.
De enigen die zich aan de deur waagden, waren leveranciers. Zoals petroleumventer Hasselaar uit Ede.
Hij was het die bemerkte dat de achterdeur niet afgesloten was en een buurtbewoner waarschuwde, melkrijder Schutte.
Die wachtte nog enige tijd, maar besloot 's avonds alsnog de woning te betreden.
Canter Visscher (73) lag op bed, met zijn voeten gebonden. Vermoedelijk was hij met een klein model bijl doodgeslagen. Zo'n exemplaar dat kampeerders gebruiken.
Dat was maandagavond.
De politie ging er aanvankelijk vanuit dat Canter Visscher door inbrekers was overlopen, ergens in de nacht van vrijdag op zaterdag. Een raam op de begane grond was stuk en het huis was doorzocht.
Maar dan hadden de inbrekers een zilveren sigarettenkoker op tafel in de woonkamer over het hoofd gezien. En het slachtoffer was niet rijk, leefde van de AOW en een klein pensioen.
Canter Visscher was in 1945 in Ede komen wonen. Huisgenoot was Jan Buddingh, oud-corrector bij een lokale krant. Ze kregen veel bezoek uit Den Haag en Amsterdam.
Buddingh was een paar jaar eerder overleden.
Onderzoek wees uit de Canter Visscher vrijdagmiddag in Arnhem was geweest, in cafetaria Ruteck's aan de Grote Oord. Hij was toen in het gezelschap van een 25- tot 30-jarige man.
Dat was rond 18.00 uur.
En dat paste bij de verklaring van een buurvrouw van Canter Visscher, die hem en een ongeveer 25- tot 30-jarige man uit de bus van de VAD had zien stappen.
Enige tijd na 18.00 uur.
In de woning werd een driekwart grijsgroene regenjas gevonden. Van Kreymborg, maar niet van Canter Visscher.
Wij vermoeden geen inbrekers, maar een schandknaap. Die nu (2021) zo'n 90 jaar zou zijn.